Stappenplan van podium naar digitaal; hoe regel je de auteursrechten?

Steeds meer theaters, gezelschappen en makers zetten hun voorstellingen online—via livestreams, sociale media of een digitaal archief. Dat vergroot je bereik, maar roept meteen ook vragen op: wie heeft de rechten, wat moet je regelen en hoe zit het met muziek of bestaand materiaal? Het auteursrecht voor een live voorstelling werkt namelijk anders dan bij een digitale opname. Zodra je een productie vastlegt en deelt, word je in juridische zin filmproducent, met andere verplichtingen en afspraken.

Lees je waar je op moet letten bij digitaal hergebruik van podiumproducties, welke uitzonderingen gelden en waarom duidelijke contracten onmisbaar zijn. Zo zorg je dat je creaties niet alleen inspireren, maar ook juridisch goed beschermd online staan.

Het regelen van de rechten voor de uit- of opvoering in de zaal kan ingewikkeld zijn. Voor de verschillende disciplines als theater, dans en muziek gelden soms verschillende regels, gebruiken of aanbieders van rechten. Zeker bij multidisciplinaire producties zoals muziektheater of het aanpassen van bestaand materiaal (bijvoorbeeld: stukken ingrijpend veranderen, nieuwe tekst op bekende muziek) wordt het ingewikkelder, omdat in standaardlicenties hier vaak geen rekening mee wordt gehouden.

Rechten worden geregeld in arbeids- en zzp/opdrachtovereenkomsten met makers (auteurs-

en/of naburig rechthebbenden), in contracten met muziek- en tekstuitgevers en met rechtenorganisaties zoals (met name) Buma Stemra.

Digitaal hergebruik van podiumproducties

Als je opnames maakt van je podiumkunstproductie en deze online wilt publiceren – bijvoorbeeld op je eigen website, via social media of een online archief – krijg je te maken met het ‘filmauteursrecht’ uit de Auteurswet.

In dat filmauteursrecht gelden andere regels dan de regels die van toepassing zijn bij ‘reguliere’ zaalproducties. De belangrijkste afwijking is dat jouw rol bij digitaal hergebruik van een audiovisuele registratie in juridische zin verandert: van podiumkunstinstelling naar die van filmproducent.

Bij filmwerken gaat de Auteurswet ervanuit dat de (exploitatie)rechten van alle bij de filmproductie betrokken personen gebundeld zijn bij één persoon: de filmproducent. Dit ‘vermoeden van rechtsoverdracht’ zorgt ervoor dat de filmproducent beschikt over het exclusieve recht om het filmwerk te dupliceren en beschikbaar te stellen. De medemakers (onder meer regisseur, acteurs, musici, decor- en kostuumontwerpers, cameramensen) hebben op hun beurt een aanspraak op een billijke vergoeding voor hun bijdrage aan de productie.

Deze regel geldt niet voor:

• de makers van de muziek en de daarbij behorende tekst, of deze nu voor het podium of (ook) voor de film is bestemd

• bestaande werken die in de productie worden gebruikt (tekst, beeld, video’s, muziek etc)

TIP: Een beknopte uitleg van verschillende begrippen vind je hier.

Stappenplan

Wil je jouw voorstelling opnemen en online beschikbaar maken? Dan krijg je te maken met extra afspraken over auteursrechten en vergoedingen. Wie zijn de rechthebbenden, hoe leg je afspraken vast en waar moet je contractueel op letten?

Met dit praktische stappenplan zet je in vier overzichtelijke stappen alles op een rij: van licenties en contracten tot bestaande werken en collectieve rechtenorganisaties. Download het hier en ga goed voorbereid aan de slag.

NB Ondanks dit ‘vermoeden van rechtsoverdracht’ is het verstandig om de overdracht schriftelijk vast te leggen in de contracten met de medewerkers. Gebruik hiervoor de tool Modelclausules.

Share this article

Stappenplan Auteursrecht

Discover the latest digital trends in the culture sector!

Receive tips, knowledge and inspiration on digital transformation in culture. Note: this is a Dutch newsletter.